De Olympische Spelen van Tokio 2020 in gastland Japan worden bijgewoond door ontelbare atleten en meereizend personeel, monden die allemaal gevuld dienen te worden.
De aanwezigheid van maar liefst 11500 sporters en 79000 assistenten plus journalisten zorgt elke dag opnieuw voor een fikse uitdaging op het vlak van food catering. Het organisatiecomité van Tokio 2020 probeert alvast om een aanbod op maat te verzorgen in de vorm van voeding dat beantwoordt aan de behoeften van de sporters. Een extra uitdaging hierbij is het steeds tegemoet moeten komen aan de wensen van verschillende sportdisciplines, leeftijden, culturen en allergieën of speciale eisen als het gaat om dieet.
Voor de organisatie van deze Olympische Spelen worden drie soorten eetzalen voorzien:
- Een main dining hall waarbij de atleten voeding op maat krijgen volgens hun specifieke eisen.
- Een ‘grab & go’-kantine met een uitgebreid aanbod aan gezonde snacks zoals fruit, noten en energierepen die zorgen voor een uitmuntend energieniveau.
- Een casual dining hall, waar atleten op een informele manier eens kunnen proeven van de Japanse keuken.
In de casual dining hall kunnen de atleten smullen van lokale gerechten.
Wat is nu precies het verschil tussen voeding voor een doorsnee persoon versus een Olympische atleet? Wij vroegen het aan onze eigen diëtiste Lotte Hellinckx, die zelf ook een atlete op hoog niveau is.
Hallo Lotte! De Olympische Spelen zijn nu al even bezig. Hoe ziet het gemiddelde dieet van een Olympische atleet er eigenlijk uit? Zijn er opmerkzame verschillen tussen de verschillende disciplines (bv. krachtsporter VS duursporter)?
Het harde trainingswerk zit er bij de start van de Olympische Spelen meestal op. Eens de atleten toekomen in het Olympisch dorp, is het een kwestie van frisheid te creëren. Voeding speelt hierin een belangrijke rol. De sporters zullen moeten zorgen dat ze de dagen voor hun competitie voldoende energie opnemen zodat ze vol vitaliteit aan de start van hun wedstrijd kunnen staan. Waar de focus ligt, is afhankelijk van discipline tot discipline. Bij duursporters (zoals triatleten, wielrenners, marathonlopers…) ligt de focus op de inname van koolhydraten. Ze zullen ook voeding kiezen die licht verteerbaar is, om maag-darmklachten te vermijden. Bij sporten waarbij er een indeling is op gewicht (zoals roeien, boksen, judo…) ligt de focus op iets anders. Ze moeten ervoor zorgen dat ze op hun wedstrijddag het juiste gewicht bereiken, én toch met voldoende energie aan de start staan. Verder bestaan de meeste disciplines uit verschillende rondes. Een optimaal herstel is hierbij dan cruciaal.
Olympische atleten hebben behoefte aan een aangepast voedingspatroon.
Is het waar dat atleten méér kunnen eten dan de doorsnee persoon?
Het energieverbruik van een persoon is afhankelijk van zijn lichaamslengte, zijn spiermassa en van zijn fysieke activiteit doorheen de dag. Een topsporter heeft gemiddeld gezien een hogere spiermassa en beweegt - uiteraard - veel meer dan een doorsnee persoon. Dit maakt dat de topsporter vaak meer energie nodig heeft dan een doorsnee persoon. Voor een topsporter is het belangrijk om zijn verbruikte energie ook opnieuw in te nemen om blessures en oververmoeidheid te vermijden. Uiteraard zijn er ook hier grote verschillen afhankelijk van de sportdiscipline.
Welke voeding eet zo'n atleet dan doorgaans op de dag van een wedstrijd om een topprestatie te kunnen leveren?
Om een concreet voorbeeld te geven, zal ik deze vraag beantwoorden met een duursporter in het achterhoofd.
Duursporters zullen twee tot drie dagen voor de start van de wedstrijd starten met het ‘stapelen van koolhydraten’. Ze doen dit om met een volle energietank aan de wedstrijd te starten. Het is bijna niet mogelijk om de energietank nog vol te krijgen door enkel op wedstrijddag wat meer te eten. Op de dag van de wedstrijd zullen ze drie tot vier uur voor de start hun laatste hoofdmaaltijd innemen. Deze maaltijd bestaat hoofdzakelijk uit koolhydraten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan witte rijst met tomatensaus en kabeljauw of witte pasta met zoetzure saus en kip. Ongeveer anderhalf uur voor de start, zullen ze nog een koolhydraatrijke snack innemen (voorbeeld: peperkoek, banaan, rijstwafel, energiereep…). Tijdens de wedstrijd zullen ze hun verloren koolhydraten ook meteen weer proberen aanvullen. Dit doen ze door sportgels of sportrepen te eten en door isotone sportdrank te drinken. De maanden voor de Olympische Spelen hebben ze hun maag-darmstelsel getraind, zodat ze erin slagen enorm veel koolhydraten per uur op te nemen zonder maag- en darmklachten te krijgen. Na de wedstrijd grijpen de sporters meteen naar hun herstelvoeding. Deze bestaat best uit koolhydraten, eiwitten én vocht (bijvoorbeeld: een recovery shake).
Verder is een goede hydratatiestatus voor de start, tijdens en na de wedstrijd énorm belangrijk. Alle atleten zullen zorgen dat ze goed gehydrateerd aan de start staan en dat ze voldoende vocht (en elektrolyten) innemen tijdens de wedstrijd. Om optimaal te herstellen, zullen ze ook later hun verloren vocht weer aanvullen.
Sporters verbruiken veel energie en kunnen dus meer eten dan de doorsnee persoon.
De Olympische Spelen vinden dit jaar plaats in Tokio. Wat is het gevolg hiervan op de voeding van de atleten?
De klimatologische omstandigheden in Tokio maken de Olympische Spelen nog uitdagender. De extreme hitte in combinatie met de hoge luchtvochtigheid, maken dat het lichaam van de sporter snel opwarmt, maar dat hij zijn warmte ook moeilijk weer kwijt kan. Onze Belgische atleten zijn het niet gewoon om in deze omstandigheden te presteren. Daarom hebben ze de maanden voor de Olympische Spelen getraind in klimaatkamers. Dit zijn kamers waarin de omstandigheden in Tokio werden nagebootst. Dit heeft als voordeel dat ze zich kunnen aanpassen aan de omstandigheden, maar ook dat ze leren hoeveel vocht en zout ze verliezen tijdens deze inspanningen. Ze kunnen hun voedingsplan voor en tijdens de wedstrijd dus aanpassen met behulp van deze informatie.
Bedankt Lotte voor de toelichting!
Nieuwsgierig naar meer over de link tussen voeding en sport?
Beluister dan zeker onze ook podcastaflevering met Lotte Hellinckx!